Wat ons betreft ligt de kracht van een goede, verzorgende zeep bij de basis: de plant. Daarom delen we onze kennis over de kracht van planten graag met je in een nieuwe reeks blogs. Vandaag beginnen we bij de aftrap van ons eigen plukseizoen: met koolzaad, hét ingrediënt van onze lentezeep!
Koolzaad
Alternatieve planten: (wilde) koolblaadjes en bloemetjes van doorgeschoten kolen.
Vrijgevochten kool-/raapgewas
Vanaf de vroegste lente kun je koolzaad oogsten, maar in maart en april barst het echt los en kun je niet meer om de zee van gele bloemen heen. De bosrand, en ontelbaar veel bermen staan er vol mee: ze groeien waar ze maar kunnen. De geur is kruidig zoet en de lucht is er vol van, boven zo’n gele zee.
Koolzaad bloeit in Nederland gratis in de bermen, maar het is ook een belangrijk landbouwgewas. Het is waarschijnlijk spontaan ontstaan uit een kruising van raapzaad (Brassica rapa) en wilde kool (Brassica oleracea). In Midden-Europa zie je koolzaad vanaf de veertiende eeuw, maar in India werd het al rond 2000 voor Christus verbouwd, en ook de Romeinen kenden het. Vroeger werd de olie – die uit de zaadjes wordt geperst – vooral gebruikt als brandstof. Het was te bitter om te eten. Sinds de jaren zeventig is het gewas verder veredeld, en is koolzaadolie bruikbaar voor consumptie. Daarnaast is er de laatste tijd ook interesse in de olie als bron voor biodiesel.
Gratis voorjaarskuur en wilde winnaars
Maar juist ook het wilde koolzaad is interessant. Los van het olieverhaal kun je de plant zelf namelijk uitstekend eten. Of drinken! Een mooi gebruik is om, als de lente net is losgebarsten, pril groen te plukken en er sterke thee van te zetten (met een deftig woord ‘infusie’). De ontluikende verse planten bevatten precies wat je lichaam nodig heeft om bij te komen na een lange winter. Koolzaad staat in de volksgeneeskunde bekend om zijn vochtafdrijvende en immuunversterkende werking. Combineer het met ander jong groen, bijvoorbeeld paardenbloemblad, berkenblad, brandnetelblaadjes en kleefkruid: ook allemaal reinigende en versterkende planten. Zet hier sterke thee van en drink dat een aantal dagen lang. Een gratis voorjaarskuur van de natuur!
Ook het eten van wild koolzaad is gezond. De bloemetjes hebben een fijne, zoetige smaak en zijn erg leuk in salades. Daarnaast kun je de blaadjes én de jonge stelen eten. Leuk weetje: bij de meeste leden van de koolfamilie is dit zo. Niet alleen bij de bladkolen, maar ook broccoliblad, bloemkoolblad enzovoort. Van koolzaadblaadjes proef je dat ze wild zijn, ze smaken pittiger dan geteelde groenten. Het mooie van wilde planten is dat ze voor hun plekje geknokt hebben en dus heel sterk zijn. Dat is bij koolzaad ook zo. Het staat zelfs bekend als een ‘armeluisgewas’ omdat het op de meest arme gronden groeit. Gebruikt in een wisselteelt woelt het zelfs de grond om, zodat die geschikt wordt voor andere gewassen.
Als je van dichterbij naar dit soort planten kijkt, zie je vaak dat ze veel bijzondere stoffen bevatten. Zo ook koolzaad. Het blad bevat veel mineralen en anti-oxidanten, en is supergezond om hier en daar toe te voegen aan je pastasaus, salade of smoothie. Vergelijk het met de hype rond boerenkoolblad (kale), dat ook vol zit met anti-oxidanten. Alleen koolzaad groeit zomaar, overvloedig en voor niks, in de natuur. Wat een rijkdom! Noot: het is altijd belangrijk om op een schone plek te wildplukken. Daarnaast is het vanwege de hoge concentraties (voedings)stoffen in de bladeren en bloemen, slim om wilde planten met mate te consumeren.
Koolzaad in de lentezeep
We verwerken koolzaadbloemetjes met veel plezier in onze lentezeep. Niet alleen omdat ze hun mild-kruidige geur en vrolijke uitstraling aan de zeep geven, maar vooral ook als symbool. Koolzaad is het eerste moedige bloemetje dat in het vroegste voorjaar aan de bosrand verschijnt. De lentezeep is daarmee een ode aan de natuur die elk voorjaar weer onstuimig wakker wordt, én aan de kracht van wilde planten die zo rijk en overvloedig beschikbaar is, als je maar weet waar je moet kijken.
Als we bloemen in onze zepen gebruiken, plukken we alleen de mooiste, volop bloeiende exemplaren. Dit doen we aan de bosrand van het Wickenburgse bos, waar de basis van Werfzeep ligt en waar elk voorjaar het koolzaad een gouden randje aan het bos geeft. We drogen de bloemen tot er helemaal geen vloeistof meer in zit. Zo kunnen we ze in de zeep gebruiken zonder dat die er minder lang houdbaar van wordt.
Op de onderstaande foto zie je goed hoe prachtig het geel van de bloemetjes naar voren komt door het drogen.
En hieronder het eindresultaat: de zeep met z’n vrolijke ‘lenteconfetti’ bovenop!
Recept met de kracht van de lente
Omdat de kracht van koolzaad, naast het symbool, vooral in de eetbaarheid zit, delen we graag een recept. Eentje dat door Evelien ontwikkeld is tijdens vele plukseizoenen. Haar lekkerste experiment met koolzaad deelt ze hieronder met je, in haar eigen woorden.
Take it away, Evelien!
Koolzaad vs Cime di rapa
Toen Laurens en ik jaren geleden voor het eerst in het zuiden van Italië olijven plukten in de olijfgaard van een vriend, stond er elke dag ’s middags een heerlijke pasta op tafel. En soms was dat met cime di rapa, een soort oer-raapsteel. Deze cime di rapa werd net zo lang gekookt als onze oma’s groenten gaarden, maar dat is in dit gerecht werkelijk lekker. Het is een armeluisgerecht, maar zoals altijd weten Italianen daar een goddelijke draai aan te geven.
Hieronder vind je het recept met als vervanging van de traditionele cime di rapa koolzaad. Het is een vergelijkbaar stoere groente en je kunt ze dan ook prima verwisselen.
Recept wildplukpasta met koolzaad
-Pluk een pannetje vol blad en de bovenste delen van de stelen. Bloemetjes aan het einde welkom
-Was ze en snijd ze fijn, vooral de stelen, zo voorkom je langdradige vezels in je pasta. Houd de bloemetjes apart.
-Zet ze onder water met drie laurierblaadjes, vijf tenen knoflook, een theelepel zout en een flinke scheut venkelzaad (heel belangrijk in dit recept!): zo’n twee eetlepels.
-Kook dit helemaal gaar. Ten minste 45 minuten, mag ook anderhalf uur.
-Kook de pasta beetgaar (dit moet dan weer bepaald niet te ver gekookt).
-Meng de pasta met de koolzaad-cime di rapa. giet een scheut van het kookvocht mee.
-Serveer met peper en zout en het allerbelangrijkste: goede, verse, pittige olijfolie. Wees royaal met de olijfolie.
-Optioneel kun je hier nog wat vegan parmezaan overheen strooien (meng cashews, zout en edelgist in de keukenmachine tot een hartige strooikaas).
-Strooi de bloemetjes er overheen.
Dit recept heeft een aanstekelijk Italiaans vleugje, maar kun je natuurlijk ook heel goed hier in het Nederlandse lentezonnetje klaarmaken. Alles wat je nodig hebt is een vrije middag om de overvloed uit de dichtstbijzijnde berm te plukken.
We hopen dat deze blog je inspireert om met een andere blik te kijken naar koolzaad: namelijk als vrolijkmakend symbool voor de (genezende) kracht en overvloed van de natuur. Laat het ons hieronder weten als je de pasta maakt, de lentezeep probeert, de thee gaat zetten of iets anders leuks doet met koolzaad!
Geef een reactie