Beginnen met wildplukken kan soms spannend en overweldigend zijn: er zijn zó veel planten, hoe onthoud je nou welke eetbaar is en welke niet? En hoe herken je ze?
Daarom raad ik altijd aan: begin bij wat je al kent! In deze blog schrijf ik over 5 eetbare planten die vrijwel iedereen al wel kent, maar waarvan nog niet iedereen weet hoe lekker ze zijn!
Per plant leer je welk onderdeel van de plant eetbaar is, of er (gevaarlijke) dubbelgangers zijn en hoe je je oogst kunt verwerken. Onderaan de blog staan nog wat algemene tips over het herkennen van de planten.
Ben je nog niet zo bekend met wildplukken, lees dan vooral deze blog. Daar staat info in over de wildplukregelgeving in Nederland en tips voor hoe je veilig en met respect voor de natuur plukt. En de belangrijkste wildplukregel: Eet alleen als je het 100% zeker weet!
Eetbare brandnetel (Urtica dioica, urtica urens)

De meeste mensen kennen brandnetel als een onkruid dat niet alleen vervelend woekert maar ook nog eens pijn doet als je er tegenaan komt. Ik zou zelf mijn kamer kunnen behangen met foto’s van de brandnetel; zo’n fan ben ik van deze eetbare plant! Niet alleen is het ontzettend voedzaam en super lekker, je kunt de vezels gebruiken om kleding mee te maken, het is een stikstofvanger én je kunt er je eigen planten mee voeden door brandnetelgier te maken, zoals we omschrijven in het brandnetel hoofdstuk van ons Zeepboek.
Wat is eetbaar?
De jonge toppen (bladeren en eventueel het kleine stukje steel) en zaden zijn eetbaar. Let op: eet de bladeren niet meer als de brandnetel in bloei staat, de plant zou dan stoffen aanmaken die niet goed zijn voor de nieren.
De brandnetel is er als mannelijke plant en als vrouwelijke plant, van de vrouwelijke plant zijn de zaden eetbaar: de zaadjes zijn schijfvormig en hangen in trossen naar beneden. De mannelijke planten produceren bloemen die lijken op zaadjes maar het niet zijn. Deze zijn rond. Zie foto voor de mannelijke (links) en vrouwelijke (rechts) planten naast elkaar.

De vezelige stengel kun je niet eten maar wel gebruiken om bijvoorbeeld touw van te maken.
Ik pluk zelf altijd met blote handen door van onder naar boven te plukken, dan strijk je als het ware met de brandhaartjes mee en wordt je (over het algemeen) niet geprikt. Maar de steek kan venijnig zijn; met handschoenen aan pluk je het veiligste.
Wanneer oogsten?
De brandnetel is vrijwel het gehele jaar rond te oogsten. De zaden rond juni – augustus afhankelijk van het weer.
Dubbelgangers?
De brandnetel heeft geen gevaarlijke dubbelgangers. We hebben de witte/paarse/gele dovenetels die er wat op lijken, maar als je twijfelt hoef je alleen maar je hand langs een blaadje te laten gaan en je voelt vanzelf of je het goed hebt! Daarnaast zijn de dovenetels ook eetbaar.
In Nederland komen er twee soorten brandnetels voor: de grote en de kleine brandnetel, allebei zijn ze eetbaar. Ik pluk zelf voornamelijk de grote brandnetel omdat ik deze vaker tegenkom en je sneller genoeg oogst hebt met het grote blad. Brandnetel is overal te vinden en groeit snel dus je kan er vaak en veel van oogsten.
Hoe verwerk je het?
De brandharen verliezen hun werking als je ze kookt/blancheert. Brandnetel is heerlijk in: pesto, soep, pastasaus of in gerechten als vervanger van spinazie.
Gedroogde bladeren zijn heerlijk in thee.
De zaden (droog ze goed als je ze wil bewaren) kunnen rauw of geroosterd door salades, havermout of in andere gerechten waar je zaadjes of pitjes zou gebruiken. Ze hebben net als de bladeren een licht notige smaak.
Zelf gebruiken we brandnetel in de extracten van onder andere de scheerzeep en de kruidenshampoo.
Eetbare paardenbloem (Taraxacum officinale)


Voor mensen met een (moes)tuin is de paardenbloem vaak een ongewenste gast, maar wist je dat de gehele plant eetbaar is? Daarnaast is de paardenbloem een goede bodemverbeteraar, en dus eigenlijk heel fijn voor je tuin.
Wat is eetbaar?
Zoals ik al schreef is de hele plant eetbaar: de wortels, de jonge bladeren, de stengel, de knoppen, de bloemen en zelfs de zaadjes (zonder het pluis).
Wanneer oogsten?
Maart tot september. Wortels van een plant oogst je over het algemeen als de plant niet in bloei staat, dus lente of herfst (in de lente zijn de wortels minder bitter). De jonge bladeren zijn het lekkerste in het voorjaar vóór de plant in bloei is.
Dubbelgangers?
De paardenbloemfamilie is gigantisch: Nederland kent ruim 250 soorten. Ze zijn allemaal eetbaar!
Hoe verwerk je het?
De bloemen smaken zoet bloemig met een bittertje, en je kunt er van alles mee: “honing” maken, siroop, thee, bier en wijn! Je kunt de losse bloemblaadjes door een salade eten of de gehele bloem in een beslag frituren.
Tip: als je eetbare bloemen gebruikt voor dranken en siropen wil je ze eigenlijk niet wassen: de smaak komt voor een groot deel van het stuifmeel op de bloemen, als je ze wast was je dit weg.
De gehele paardenbloem smaakt vrij bitter: een smaak die we tegenwoordig niet meer zoveel tegenkomen maar die juist erg goed is voor onze spijsvertering. Mocht je het te bitter vinden kun je de plant goed fijn snijden en/of combineren met zoetere ingrediënten. De bladeren een tijdje in water laten weken kan ook helpen. Als je het vaker eet zul je merken dat je er weer meer aan gaat wennen en waarderen.
De ongeopende knoppen kun je inmaken zoals kappertjes of roerbakken.
De bladeren kunnen rauw in een salade of roerbakken.
De wortels kun je in dunne plakjes roerbakken (heerlijk met sojasaus en wat agavesiroop). Je kunt ze ook drogen en roosteren voor een cafeïnevrije koffie vervanger.
Eetbaar kleefkruid (Galium aparine)
Wie kent kleefkruid niet? Het grappige plantje wat aan je kleren ‘kleeft’ als een soort klittenband? Ik ben ‘m nóg leuker gaan vinden nu ik weet dat het eetbaar is.

Wat is eetbaar?
De blaadjes en stengel, bloemetjes, de zaadjes.
Wanneer oogsten?
De blaadjes en stengel zijn het malst in de lente. Later in het jaar (zeker wanneer ze zaden krijgen) wordt de plant vezeliger en pluk je liever alleen de jonge toppen.
De bloemetjes bloeien van april tot mei. De zaden zijn er van ongeveer juli tot oktober. Pluk de zaden als ze bruin en hard zijn geworden.
Dubbelgangers?
Kleefkruid heeft geen giftige dubbelgangers. Je zou het eventueel kunnen verwarren met gele walstro of lievevrouwebedstro, allebei ook eetbaar, maar deze kleven allebei niet.
Hoe verwerk je het?
Kleefkruid wordt reinigende eigenschappen toegewezen (ondersteuning lymfesysteem en met het afvoeren van afvalstoffen), vaak wordt er in de vroege lente een ‘tonic’ meegemaakt om het lichaam wat hulp te geven en ook uit de winter te doen ontwaken. Je kunt de eetbare plant kneuzen en een nachtje in koud water laten trekken, of de plant blenden met water en dan afschenken door een fijne zeef. De smaak lijkt een beetje op komkommer (al vind ik het ook iets weg hebben van banaan, grappig genoeg!)
Kleefkruid verliest de ‘klevende’ werking door het te verhitten (of te blenden). Lekker in stamppotten, roerbakgerechten en soepen.
De zaden kun je roosteren en jawel; ook deze zijn te gebruiken als alternatief voor koffie. Het leuke is dat kleefkruid verwant is aan de koffieplant! Het bevat dan ook een klein beetje cafeïne!
Braam (Rubus fruticosus)

Ik kan me nog vele zomers herinneren dat ik samen met mijn ouders aan de wandel was en al lopend van bramen smulde. Heerlijke zoete bommetjes die vaak in overvloed langs paden en aan de rand van velden en bossen te vinden zijn. En niet alleen de bramen zijn eetbaar; ook andere delen van de plant zijn in de keuken te gebruiken!
Wat is eetbaar?
Alle bovengrondse delen zijn eetbaar: de vruchten (bramen), de jonge scheuten en bladeren, de stengels (ontdaan van doorns), de bloemknoppen en bloemen.
Wanneer oogsten?
Aan de nieuwe groei van de braam zitten nog geen doorns, of ze zijn nog zacht genoeg om je niet pijn te doen. De nieuwe scheuten en jonge bladeren pluk je in de lente. Check altijd even op doorns voor je het in je mond stopt. De stengels van de plant zijn ook jong het lekkerste.
De plant maakt tot de herfst nog jonge bladeren die je kunt eten.
De bloemen en bloemknoppen zijn te oogsten vanaf ongeveer mei-juli, maar zorg ervoor dat je niet teveel plukt als je later in het jaar van bramen wilt kunnen genieten.
Dubbelgangers?
Je zou de braam kunnen verwarren met de dauwbraam of een framboos. Van allebei zijn de vruchten eetbaar. Ze zijn goed uit elkaar te halen als je foto’s opzoekt en goed determineert. Tip: Mocht je toch nog twijfelen, zoek dan de braam op in augustus wanneer de plant makkelijk te herkennen is aan de vruchten, onthoud vervolgens waar de plant staat om in andere seizoenen andere delen van de plant te oogsten.
Hoe verwerk je het?
De bramen zijn goddelijk zo uit het knuistje, maar ook te verwerken tot jam, siroop en wijn. Ook zijn ze te gebruiken in desserts (zoals deze heerlijke bramencrumble), smoothies, etc. De stengels zijn geschild en gestoomd lekker als groente. Je kunt er ook snoepjes van maken door de stengels in siroop te laten trekken. Via het internet vind je hier recepten voor. van maken.De jonge scheuten, jonge bladeren en bloemknopjes kun je rauw eten of roerbakken. Ze hebben een frisse citrusachtige smaak, sommige mensen herkennen er ook de smaak van kokosnoot in. Van de bladeren en bloemen kun je ook heerlijke thee zetten. In onze zepen gebruiken we braam ook in het extract voor de boszeep.
De doorns van de braam zijn scherp! Wees voorzichtig als je van deze plant gaat oogsten en draag bijvoorbeeld handschoenen.
Eetbare gewone vlier (sambucus nigra)
Een eetbare kleine boom/struik die al veel mensen kennen en steeds bekender wordt vanwege de heerlijke vlierbloesemsiroop die tegenwoordig in veel supermarkten te vinden is. Wanneer je eenmaal weet hoe de vlier eruitziet zul je zien dat je hem ineens overal ziet!
Wat is eetbaar?
Van de vlier zijn alleen de bloesem en de (verhitte!) bessen eetbaar. De rest van de boom is giftig.
Wanneer oogsten?
De bloesem bloeit in mei. De bessen volgen later in het jaar in september. Laat dus altijd genoeg bloesemschermen staan zodat daar bessen uit kunnen groeien.
Dubbelgangers?
Er zijn andere vliersoorten (trosvlier, kruidvlier) die je beter niet kunt eten. Ze verschillen genoeg om goed uit elkaar te houden, zoek duidelijke afbeeldingen en kijk en vergelijk.
Hoe verwerk je het?
Van de zoete, zomers smakende bloesems kun je overheerlijke dranken maken zoals siroop, champagne (met de wilde gist en stuifmeel van de bloesems) en zelfs wijn. Ook kun je de bloemetjes in cakes en desserts gebruiken of frituren in een deegje. De bessen moeten verhit worden voor je ze kan eten, je kunt er sap van maken, jam of ze verwerken in cakes etc.
Het herkennen van (eetbare) planten

In deze blog staan eetbare planten die vrij bekend zijn en geen gevaarlijke dubbelgangers hebben, maar misschien ken je ze niet allemaal of weet je het niet helemaal zeker. Je wil bij wildplukken 100% zeker zijn van je zaak want er groeien genoeg giftige planten in Nederland. Hierbij nog wat tips om zeker te weten dat je de juiste plant hebt:
– Er bestaan fantastische boeken die tot in detail uitleggen hoe een plant eruitziet. Zie onze eerdere blog voor tips.
– Zoek/pluk de plant wanneer deze het meest herkenbaar is. De paardenbloem is bijvoorbeeld het meest herkenbaar als deze in bloei staat, of uitgebloeid is: kijk goed hoe de rest van de plant eruitziet dan herken je deze makkelijker later in het jaar als de bloemen verdwenen zijn.
Onthoud ook vooral waar de plant staat en kijk het jaar rond hoe de plant er op verschillende momenten uit ziet. Als je eenmaal weet waar een plant staat, ga je deze ook makkelijker op andere plekken herkennen.
– Voor je een plant eet; zoek via google op de naam van de eetbare plant, het kan helpen de latijnse naam te gebruiken omdat de ‘gewone’ naam soms nog wel eens meerdere versies kan hebben (denk bijvoorbeeld aan look-zonder-look die ook knoflook mosterd genoemd wordt). Let erop dat je niet AI gebruikt als bron. Check altijd verschillende bronnen en check meerdere foto’s van verschillende hoeken. Gebruik eventueel een app als plantnet voor een extra check.
– Gebruik je zintuigen! We gebruiken vaak onze ogen als het gaat om plant determinatie, maar ook onze neus en tast kunnen helpen. Vlierbloesem heeft bijvoorbeeld een ontzettend sterke geur (die zelfs een beetje kan ruiken naar katten urine volgens sommige mensen..). Kleefkruid herken je snel genoeg als je er eentje aanraakt. En ook van de brandnetel voel je het gauw genoeg of het inderdaad brandnetel is. Ik wrijf vaak een blaadje of bloem tussen m’n vingers om te ruiken of ik de geur herken. Ik vind citroenmelisse lastig te 100% zeker herkennen alleen op zicht, met een gekneusd blaadje doe ik dubbelcheck, zo bevestigt de geur voor mij dat ik inderdaad citroenmelisse heb.
– Vraag het aan iemand die het zeker weet en/of volg een wildplukwandeling.
We wensen je heel erg veel wildplukplezier en zijn benieuwd wat je met jouw oogst doet!
Geef een reactie