Onze seizoenszeep verandert mee met de seizoenen. En nu hadden we bedacht dat de seizoenswissel een mooie aanleiding is om een teamuitje aan te koppelen. Elk seizoen gaan we voortaan iets doen wat we allemaal leuk vinden, passend bij het moment. En dit keer is dat: paddestoelen wildplukken!
Deze blog is voor het grootste deel geschreven door Sephora, onze paddestoelenkenner.
Paddestoelen wildplukken
Om de herfst te eren en meteen ook een beetje wild te plukken zijn we paddestoelen gaan zoeken in De Bilt.
Samen met het zeepteam, Roxy en Daisy en een grote plukmand zijn we vorig weekend de bossen in gegaan.
Sephora wist dat er daar een aantal eetbare paddestoelen te vinden waren die ze goed kende en nam ons mee op de verzameltocht.
Onze eerste vondst! Een ietwat oude kanstanjeboleet. Zoals je kunt zien is de hoed al omhoog gekruld. Niet echt smakelijk meer, maar nog steeds prima te determineren. De kastanjeboleet heeft zijn naam te danken aan de kleur van zijn hoed. Daarnaast kun je hem herkennen aan een witte tot gele dikke steel en de buisjes aan de onderkant van zijn hoed. Deze worden wat groenachtig als hij wat ouder is. Als je met je vingers drukt aan de onderkant van de hoed kleuren je vingerafdrukken meteen blauwgrijs!
Je vind hem vrijwel in elk bos in de herfst. We moesten wel goed zoeken tussen de gevallen herfstbladeren.
Is het een stuk vlees of is het een paddestoel? Dit is de biefstukzwam! Je vindt biefstukzwam altijd onderaan eikenbomen. De wat kleinere biefstukzwammen zijn het lekkerst. Al zijn de meningen verdeeld over of het een smakelijke paddestoel is of niet. De een zegt ‘zuur en teleurstellend’, de ander vindt het lekker om hem in sojasaus te marineren en te serveren in noedelsoep. Wat ons betreft een aanrader.
Judasoren
Al kletsend vervolgden we onze weg en kwamen we ineens een verrassing tegen. Judasoren!
Deze vindt je voornamelijk op oudere takken van loofbomen. Ze groeien vaak op takken van de vlier.
Ze lijken behoorlijk op oren en danken hun naam aan de Bijbelse figuur Judas, de verrader van Jezus.
Ze groeien vaak met velen op dezelfde stam en worden veel gebruikt in de Chinese keuken. Ze zijn heel geschikt om te drogen. De smaak is redelijk neutraal en daarom veelzijdig te gebruiken.
Rood met witte stippen
Dichtbij de vlier waar we de judasoren vonden zagen we ook een welbekende paddestoel. De paddestoel rood met witte stippen.
Deze paddestoel heet de vliegenzwam en is een giftige soort. Gelukkig is hij niet te missen en is de rode kleur redelijk alarmerend.
De vliegenzwam heeft een rijke geschiedenis in Europa, het is een bekende hallucinogeen en werd vroeger vaak gebruikt bij rituelen.
Een boeketje zwammen
In het weiland naast ons zagen we allemaal grote witte hoeden. Wat zijn dat? werd er gevraagd. Toen we dichterbij kwamen zag Sephora direct dat het de grote parasolzwam was.
Een eetbare paddestoel waarvan de geur je doet denken aan champignon. Hij is heerlijk op pizza, of gewoon op een broodje. De paddestoel is te herkennen aan zijn grote hoed en dunne steel. De hoed moet minimaal 10 cm in diameter zijn en de steel is getijgerd en de ring die aan de steel zit moet kunnen bewegen.
Onze mand was inmiddels redelijk gevuld met kastanjeboleten, grote parasolzwammen en biefstukzwammen. Een aantal voorbijgangers waren geïnteresseerd in wat we aan het doen waren en zij hebben deze leuk teamfoto gemaakt! En daarna hebben ze zelfs nog nog zelf wat paddestoelen meegenomen om te proberen.
Al helemaal tevreden met onze vondsten liepen we naar nog een plekje waarvan Sephora wist dat er oesterzwammen groeiden. Op een prachtige omgevallen boom zijn die daar ieder jaar te vinden. Helaas kwamen we te laat om nog smakelijke exemplaren te vinden.
Wel vonden we reusachtige, ongelofelijk mooie lakzwammen op de boom. De lakzwam is voor zover Sephora weet niet eetbaar, maar hij wordt wel al eeuwen gebruikt in de Chinese geneeskunde. Hij heeft dan de naam reishi.
Ook zagen we op deze boom de best wel bekende elfenbankjes groeien. Deze groeien altijd met velen bij elkaar. Ze zijn donkerbruin aan de bovenkant en wit aan de onderkant. Ze zijn eetbaar maar worden niet heel veel gebruikt. Het kan voor medicinale doeleinden worden ingezet, vooral om de weerstandsverhogende eigenschappen.
Al bukkend en plukkend liepen we langzaam weer richting de fietsen. We kwamen nog de rodekoolzwam tegen, een prachtig diepbaars paddestoeltje wat in groepen groeit.
Rodekolzwam wordt ook wel amethistzwam genoemd, maar als je een wat oudere tegenkomt zie je dat niet alleen de kleur doet denken aan rode kool, maar ook de vorm. Hij krult als het ware in een soort krop.
Het is een eetbare paddestoel en goed te herkennen. De plaatjes, aan de onderkant van de hoed, zijn dezelfde kleur als de hoed en staan ver uiteen.
We wilden als afsluiter nog ergens wat drinken en liepen daarvoor een stukje over een fietspad. Wat een geluk dat we dat hebben gedaan!
Al kletsend werd de aandacht van Sephora ineens opzij getrokken door een grote paddestoel. De kleur en vorm verraden eekhoorntjesbrood: de bekende (en verrukkelijke) porcini. Na wat beter kijken zagen we er in de buurt nog veel meer! De steel lijkt altijd wat uit proportie met de hoed, wat heel kenmerkend is voor porcini: een dikke steel en een klein hoedje. De steel is wit, de hoed donkerbruin en wat valig. Het lijkt wat op vilt. De smaak is heerlijk en gedroogd nog lekkerder. Dat was echt de kers op deze prachtige dag!
Hopelijk heb je net als wij wat van Sephora opgestoken! Alle genoemde paddestoelen zijn behoorlijk veilig om te eten: ze hebben geen dodelijk giftig broertje.
Of pluk je je favorieten al?
Echt, wild geplukte porcini, daar kan weinig tegenop…
Over een paar dagen zetten we de smakelijke resultaten van onze oogst in een nieuw blogje want we hebben ze natuurlijk niet voor de sier geplukt!
Geef een reactie